Belevenissen met een vouwfiets – december 2017

Hoe een Brompton zelfstandig in Groningen terecht kwam – colum Wietske ter Veld

Bemoeizuchtige Noorderlingen zoals ik moeten nog al eens naar Utrecht voor overleg. Mijn vouwfiets is dan onmisbaar om een late trein te halen.

Zo lukte het hard fietsend op een doordeweekse avond in november nog net op tijd de trein van even voor tien uur uit Centraal te halen. Het was een heel kort treintje. Het was geen dubbeldekker en de fiets stond netjes in de ruimte tussen twee rugleuningen.
Het treintje vertrok 9 minuten te laat en raakte in Zwolle heel vol met passagiers uit de richting Den Haag en Schiphol.

Ik wurmde me met mijn bagage naar de uitgang in Assen en een vriendelijke meneer die naar Appingedam moest droeg de vouwfiets achter mij aan. Voor de deur zaten twee personen op klapstoeltjes die hun vliegtuigbagage voor de deur hadden opgestapeld. Toen ik half uit de trein gestapt was ging het fluitje. De vriendelijke Appingedammer durfde de Brompton niet tussen de deuren te klemmen dus fietsje moest op reis naar Groningen.

Mijn wederhelft – die toch maar weer een auto had aangeschaft – haalde mij op. Gauw naar station Groningen. Op de perrons liep om dit nachtelijk uur nog een enkele reiziger en eindelijk vond ik een meneer in spoorweg-kleding die met een treinbestuurder stond te praten. Ik vertelde hun mijn verhaal.

vouwfiets

“O, zo’n kleine Brompton,” zei de beambte. “Die stond hier eenzaam op het perron en ik heb hem maar binnen gezet, morgen meld ik die wel als gevonden voorwerp.” Diep dankbaar liep ik met hem mee en tekende nog even snel zijn portret.
Mijn fietsje en ik waren blij dat dit niet op station Amsterdam was gebeurd.

Categorieën